Als een patiënt langdurig opgenomen wordt in een ziekenhuis, psychiatrisch centrum of andere zorginstelling, dan gebeurt het dat de patiënt plots zijn domicilieadres verliest: hij werd ambtshalve geschrapt door de gemeente.
Wat kan een patiënt doen om te voorkomen dat zijn domicilieadres geschrapt wordt?
Moet je als zorginstelling toelaten dat een patiënt zijn domicilieadres op het adres van de instelling neemt?
Voorkomen dat het domicilieadres van je patiënt geschrapt wordt
Als de patiënt nog naar zijn domicilieadres kan terugkeren, dan kan hij de gemeente ervan verwittigen dat hij een tijdje niet op zijn domicilieadres verblijft. Hij kan dat doen via een aangifte van tijdelijke afwezigheid.
Zo'n aangifte is alleen nodig als de opnamelanger dan 3 maanden duurt. Er zijn wel voorwaarden.
Domicilieadres op het adres van de zorginstelling?
Als het domicilieadres van je patiënt toch geschrapt werd, dan kan het zijn dat de gemeente de patiënt inschrijft op het adres van de zorginstelling.
Als de gemeente oordeelt dat de patiënt zijn hoofdverblijfplaats heeft in de zorginstelling, dan kan de instelling de inschrijving met een domicilieadres in principe niet weigeren.
Meer informatie kan je terugvinden op de website van Helder Recht:
BETROUWBARE EN VERSTAANBARE INFORMATIE/ADVIES VERSTREKKEN OVER HET OPNAMEPROCES IN HET ZIEKENHUIS, DE SOCIALE WETGEVING, RECHTEN, JURIDISCHE ADMINISTRATIEVE ZAKEN, DE SOCIALE KAART EN HET GEZONDHEIDSZORG IN HET ALGEMEEN